Diversiteit, Equity en Inclusie binnen het NPLV: op weg naar duurzame verandering
Diversiteit, equity en inclusie (DEI) staan aan de basis van het Nationaal Programma Leefbaarheid en Veiligheid (NPLV). Deze drie principes zijn van fundamenteel belang voor het creëren van duurzame gemeenschappen waarin iedereen de kans krijgt om volwaardig mee te kunnen doen. DEI gaat verder dan het hebben van goede intenties. Het vraagt om diepgaande en langdurige betrokkenheid. Hiervoor is een verandering nodig in hoe we denken over beleidsvorming en de inspraak en invloed van de gemeenschap daarop. En vanuit die verandering in denken volgt… doen!
Diversiteit, equity en inclusie
“Er zijn ontelbare verschillen tussen mensen”, begint Kaylee Rosalina, procesbegeleider in Woensel-Zuid. “Maar als we praten over diversiteit richten we ons op de verschillen die ongelijkheid veroorzaken.” Rosalina legt uit dat diversiteit niet alleen gaat over de zichtbare verschillen zoals etniciteit, leeftijd of gender, maar dat het vooral draait om de vraag of en wanneer die verschillen leiden tot ongelijke toegang tot kansen en middelen. “Verschillen op zich zijn niet het probleem, maar wanneer die verschillen mensen verhinderen om mee te kunnen doen, moeten we ingrijpen.” Equity is volgens Rosalina de sleutel tot het wegnemen van die belemmeringen. “Equity betekent dat mensen krijgen wat ze nodig hebben om succesvol te zijn. Het gaat niet om iedereen hetzelfde geven, maar om het wegnemen van de hobbels die individuen onderweg tegenkomen.” Rosalina benadrukt dat het erkennen van de specifieke behoeften van mensen van belang is voor het bereiken van inclusie. “Verschillende mensen hebben verschillende dingen nodig om hobbels weg te nemen.”
Wanneer deze obstakels zijn weggewerkt, leidt dit tot inclusie. “Inclusie is het eindresultaat: dat mensen zich thuis voelen, dat ze gelijkwaardig zijn en dezelfde kansen hebben als anderen.” Toch waarschuwt Rosalina dat inclusie geen statisch doel is. “Het is een voortdurend proces van aanpassen en reflecteren. Soms vergeten we dat we er actief mee aan de slag moeten blijven. Het gaat niet vanzelf.” Rosalina merkt ook op dat inclusie voor beleidsmakers vaak een uitdaging is. “Het gaat niet alleen om wat je op papier zet. Inclusie is iets wat je moet leven en in praktijk brengen.” Ze vertelt hoe moeilijk het soms kan zijn om mensen te overtuigen van de noodzaak van equity, omdat het betekent dat je onvermijdelijk verschillende groepen anders behandelt, afhankelijk van hun behoeften. “Dat wringt soms. Mensen zijn gewend aan gelijke behandeling als norm, maar dat is niet altijd eerlijk.” Hiervoor is het belangrijk om heel helder en duidelijk te communiceren over de gemaakte keuzes.
Lees ook: Doen én reflecteren in Woensel-Zuid
Ervaringskennis als de kern van inclusie
Marcella Oviedo Nuñez, directeur van het programmabureau in Eindhoven Woensel-Zuid, vertelt dat echte inclusie niet mogelijk is zonder ervaringskennis centraal te stellen. “Wat ik zie is dat ervaringskennis nog te vaak wordt genegeerd of niet op de juiste manier wordt ingezet”, zegt Oviedo Nuñez. “Maar deze kennis is van groot belang om het beleid aan te laten sluiten bij de leefwereld van de mensen.”
In Eindhoven Woensel-Zuid is het gebruik van ervaringskennis een vast onderdeel van de besluitvorming. Oviedo Nuñez vertelt hoe bewoners actief worden betrokken bij elk stadium van het proces. “Ze zijn niet alleen maar een adviesgroep. Ze willen ze echt aan tafel en hun input bepaalt hoe we verdergaan.” Dit zorgt niet alleen voor beter beleid, maar ook voor een sterker gevoel van eigenaarschap onder de bewoners. “Als mensen zich erkend voelen in hun ervaring, zijn ze ook bereid om meer verantwoordelijkheid te nemen voor hun buurt.” Ze legt verder uit dat dit proces veel tijd kost. “Je kunt geen vertrouwen opbouwen in een paar weken. Dat kost jaren. Maar die investering in tijd is de sleutel tot duurzame verandering.” Oviedo Nuñez benadrukt dat het niet alleen gaat om het behalen van kwantitatieve doelen, maar juist ook om het opbouwen van relaties en vertrouwen. “Het is makkelijk om naar cijfers te kijken en te zeggen dat het goed gaat, maar de echte, duurzame verandering zit in hoe mensen zich voelen en of ze zich echt gezien en gehoord voelen.”
Steeds meer gemeenten ervaren het voordeel van het inzetten ervaringskennis in hun beleid. Het helpt ze sociale problemen concreet te definiëren, passender beleid te ontwikkelen en de kwaliteit van beleid en dienstverlening te verbeteren. Movisie ontwikkelde een lemniscaat waarmee gemeenten dit proces kunnen versterken.
Vertrouwen als fundament
Stephany Biezen, community consultant in Amsterdam Zuidoost, is mede-aanjager van een veranderproces dat in 2023 in Amsterdam Zuidoost is gestart vanuit de community. Dit proces heeft als doel om bewoners en lokale professionals een duurzame en gelijkwaardige positie te geven binnen Masterplan (NPLV) Zuidoost. Samen met andere bewoners en lokale professionals heeft zij in 2024 een community development plan ontwikkeld dat uitgaat van de kennis en kracht van de community om de lokale sociale opgaven aan te pakken. “Er is een diep wantrouwen tussen bewoners en de overheid. Bewoners hebben vaak het gevoel dat er naar hen wordt geluisterd, maar dat er vervolgens niets gebeurt met wat ze zeggen. De kennis en de kracht van de community werd in de afgelopen jaren onvoldoende erkend, gewaardeerd en gefaciliteerd.” Dit wantrouwen zorgt ervoor dat bewoners terughoudend zijn om actief deel te nemen aan nieuwe initiatieven. “Als bewoners zien dat hun feedback nergens toe leidt, verliezen ze het vertrouwen in het hele proces”, legt Biezen uit. “Het is niet genoeg om te luisteren, je moet ook echt laten zien dat je iets doet met hun input.”
Biezen legt uit dat het opbouwen van vertrouwen en het samenwerken met bewoners gaat om Duurzaamheid, Inclusie en Transparantie (DIT). “Bij elke stap in het proces zou de overheid zich moeten afvragen: doen we DIT goed? Betrekken we de juiste bewoners bij de juiste thema’s, doen we dit met een visie op de langere termijn en zijn we duidelijk over wat we samen willen bereiken?” Een goede dialoog hierover vormt volgens haar de kern om de kloof tussen overheid en de gemeenschap te overbruggen.
Magda Puljhun, plaatsvervangend programmadirecteur van het Masterplan Zuidoost, vult aan dat het niet alleen gaat om het geven van een stem aan bewoners, maar ook om hen echt te laten merken dat ze daadwerkelijk een gelijkwaardige partner zijn om verandering door te voeren. “We willen dat bewoners zeggenschap krijgen over wat er in hun eigen buurt gebeurt.” Puljhun vertelt dat deze aanpak een fundamentele cultuurverandering vraagt bij de betrokken professionals. “Het is niet genoeg om bewoners te raadplegen. Ze moeten medebeslissers zijn.” Dit betekent dat beleidsmakers hun manier van werken moeten aanpassen en bereid moeten zijn om tijd en middelen te investeren in het opbouwen van langdurige relaties. “Het is een mindset. Je moet de manier waarop je werkt herzien.”
Wil jij ook de stem van een brede en diverse groep inwoners benutten voor beleidsontwikkeling? Wil je een beeld van wat er goed gaat en beter kan in de samenwerking met inwoners bij beleidsparticipatie? Hierbij zijn de ‘Vijf kenmerken voor inclusieve inwonerparticipatie’ behulpzaam.
Systeemverandering: het juiste tempo en ritme vinden
Zowel in Eindhoven Woensel-Zuid als Amsterdam Zuidoost is er consensus dat inclusie tijd kost. Puljhun wijst op de noodzaak om het tempo van beleidsvorming aan te passen aan de behoeften van de gemeenschappen. “Soms moet je vertragen om te kunnen versnellen.” Dit betekent dat er tijd moet worden genomen om de oorzaken van ongelijkheid volledig te begrijpen voordat er actie wordt ondernomen. “We nemen de tijd omdat we weten dat verandering niet van de ene op de andere dag komt.” Puljhun benadrukt dat monitoring en evaluatie een essentieel onderdeel zijn van het proces. Maar ze waarschuwt dat dit vaak wordt gereduceerd tot kwantitatieve meetpunten. “Mensen vragen om input en niets teruggeven schaadt het vertrouwen.” Monitoring moet volgens haar meer gericht zijn op het bewaken van de voortgang van de ontwikkeling van vertrouwen en betrokkenheid. Hierbij is het doorontwikkelen van de aanpak en het bouwen en onderhouden van de samenwerking met de bewoners en stakeholders essentieel.
Op weg naar inclusieve gemeenschappen
De ervaringen uit Eindhoven Woensel-Zuid en Amsterdam Zuidoost bieden waardevolle lessen voor de rest van Nederland. Het centraal stellen van ervaringskennis, het opbouwen van vertrouwen en het aanpassen van het tempo van beleidsvorming zijn fundamentele stappen op weg naar inclusieve gemeenschappen. Zoals Rosalina opmerkt: “Inclusie is geen einddoel, maar een continu proces van leren en aanpassen.” Door deze aanpak te omarmen, kan Nederland bouwen aan een samenleving waarin iedereen zich gezien, gehoord en gewaardeerd voelt.
Vijf tips van deze experts
- Diversiteit in de organisatie: Zorg dat de mensen die werken aan inclusie een afspiegeling zijn van de samenleving om blinde vlekken te voorkomen.
- Bouw vertrouwen op: Vertrouwen komt niet vanzelf. Laat bewoners zien dat hun inbreng telt door concrete resultaten terug te koppelen.
- Vertraag om te versnellen: Neem de tijd om de oorzaken van ongelijkheid te begrijpen en op te lossen in plaats van snel te willen scoren met oppervlakkige maatregelen.
- Zorg voor blijvende betrokkenheid: Betrek bewoners niet alleen eenmalig, maar creëer structuren waarin zij continu kunnen meedenken en meebeslissen.
- Monitoren gaat verder dan de cijfers: Gebruik monitoring niet alleen om kwantitatieve resultaten te meten, maar ook om te beoordelen hoe de relatie met bewoners zich ontwikkelt en verdiept.
Zorgen voor New Towns: van groeikern naar aandachtsgebied
WijkWijzer‘Mijn stem telt even zwaar mee als die van de burgemeester’
Movisie